Air quality

Werkt fijnstof als een vliegend tapijt voor COVID-19?

Het belang van een gezond binnenklimaat: hoe fijnstof een gezondheidsrisico vormt en bijdraagt aan de verspreiding van COVID-19 in kantoor gebouwen.


Dit is het vierde artikel in de reeks “Hoe het binnenklimaat onze gezondheid beïnvloedt”. In deze reeks leggen we de impact van luchtkwaliteit uit aan de hand van verschillende wetenschappelijke artikelen. Daarnaast laten we zien wat jij kunt doen als gebouweigenaar, facilitair manager en medewerker om gezond te blijven. Dit artikel is geschreven door Felix van den Horst, mede-oprichter van Clairify. Ook Joost Bronger, adviseur voor architecten en projectontwikkelaars met 30 jaar ervaring, en Patrick Schneider, facilitair manager bij Cargill (gelegen nabij Schiphol) hebben bijgedragen aan dit artikel.

Als we op het internet rondkijken zien we overal foto’s voorbij komen waarbij de lucht schoner is dan pre-corona. In steden als New Delhi, Beijing en Bogotá, waar normaal veel vervuiling is, zijn de straten nu goed zichtbaar [1].

 
Oorlogsmonument New Delhi India Gate op 17 oktober 2019 en op 8 april 2020. Foto: Anushree Fadnavis / Adnan Abidi / Reuters

Toch blijft het niet beperkt tot enkel die schoolvoorbeelden. Als we de richtlijnen van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) op het gebied van luchtkwaliteit aanhouden, zien we dat 90% van mensen op een plek leeft met te veel luchtvervuiling [2]. Fijnstofdeeltjes, in het Engels ook wel particulate matter (PM) genoemd, zijn kleiner dan 10 micrometer (𝜇m). Ze beïnvloeden onze gezondheid en worden gemeten in microgram per m³ (𝜇g/m3). Fijnstof van 10𝜇m, hierna PM10, is het stof dat je ziet liggen op je bureau als je een paar dagen niet afstoft. Fijnstof van 2.5𝜇m, hierna PM2.5 genoemd, is nog vier keer zo klein.

Figuur 1: een vergelijking van afmetingen van PM10 & PM2.5 ten opzichte van een mensenhaar en zandkorrels [3] .

Juist de grootte van het fijnstof bepaalt de invloed op de gezondheid: hoe kleiner de stofdeeltjes, hoe makkelijker deze worden opgenomen in de bronchiën en zich verder via je bloedbaan door je lichaam verspreiden. Het internationaal agentschap voor kankeronderzoek bestempelt fijnstof dat zich door de lucht verspreidt, als een groep 1 menselijk carcinogeen (kankerverwekkers) [4].

Juist de grootte van het fijnstof bepaalt de invloed op de gezondheid: hoe kleiner de stofdeeltjes, hoe makkelijker deze worden opgenomen in de bronchiën en zich verder via je bloedbaan door je lichaam verspreiden.

Recent onderzoek van Harvard Chan School of Public Health stelt een directe relatie vast tussen langdurige blootstelling aan fijnstof en coronasterftecijfers. Elke verhoging van 1 𝜇g/m3 PM2.5 resulteert in 15% meer coronadoden [5]. Ook Nederlandse onderzoekers onderzochten in 355 Nederlandse gemeenten de samenhang tussen fijnstof en COVID-19 besmettingsgevallen [6]. Wat blijkt: PM2.5 voorspelt het aantal ziekenhuisopnamen van COVID-19. Bij een stijging van 20% in PM2.5 is de verwachting dat het aantal coronabesmettingen verdubbelt [6].

Figuur 2: neerslag van fijnstof voor verschillende grootte in het menselijk lichaam. Des te kleiner de fijnstofdeeltjes, des te dieper ze doordringen in de longen [ 7 , 8 ].

Bij een stijging van 20% in PM2.5 is de verwachting dat het aantal coronabesmettingen verdubbelt.

Vervuilde binnenlucht

Vervuilde buitenlucht dringt ook binnen in onze huizen en kantoren, waar het zich ophoopt. Het is dus gebruikelijk dat de fijnstofconcentratie in gebouwen hoger ligt dan buiten [9]. In veel gevallen is de binnenluchtkwaliteit zelfs 2 tot 5 keer zo vervuild ten opzichte van buiten [10].

Eenderde van alle ziekten vindt zijn oorsprong in gebouwen. De helft wordt verspreid door PM2.5 [11].

De oorzaak hiervan kan verschillen afhankelijk van locatie en niet enkel gebonden aan fijnstof dat van buiten het gebouw binnendringt. In woningen zijn bronnen van fijnstof koken, huisdieren, huishoudelijke producten die aerosolen genereren, en het wandelen over tapijten. In kantoren ligt de oorzaak meer bij tapijten, en de hoeveelheid kantoorapparaten zoals printers, scanners en kopieerapparaten [9]. Tot slot speelt ook de toevoer van ventilatie door ramen, en de ruimtelijke indeling een rol. Maar wat kan jij doen aan verbetering binnen?

Om daar wat meer inzicht in te bieden zijn wij het gesprek aangegaan met Joost Bronger, 30 jaar ervaring als adviseur voor architecten & projectontwikkelaars (RENSON) en Patrick Schneider (YASK @Cargill)

Joost Bronger, 30 jaar ervaring als adviseur voor architecten & projectontwikkelaars | RENSON

Hoe kijk jij als ervaren adviseur voor architecten en projectontwikkelaars naar de coronacrisis en de anderhalvemeter-economie?

“Ik denk dat de 1.5 meter nu wel gewend is en dat er een verschuiving is naar online. Fysieke meetings zullen nog steeds plaatsvinden maar ik verwacht dat er geen roering zal plaatsvinden door de toegenomen afstand.”

Elephant architecten hebben een octrooi aangevraagd waarbij de ventilatie installaties naar de buitenkant van het gebouw worden geplaatst. Daardoor neemt het effectieve kantooroppervlakte toe waardoor je de anderhalvemeter- economie beter kan toepassen. Dit heeft te maken met een specifieke bouwwijze waardoor er meer bruto vloeroppervlak ontstaat. Door de technische ruimten naar de hoeken van het gebouw te brengen.

Hoe kijk jij naar luchtkwaliteit en ziekteverspreiding?

Luchtkwaliteit is altijd al een hot item geweest, alleen sinds het nieuwe bouwbesluit van 2012 is er gestuurd op warmteterugwinning installaties (wtw). Die zijn behoorlijk intensief. De filters moeten ieder half jaar vervangen en de kanalen eens per zes jaar. Het probleem is dat woningcorporaties ‘energiezuinige’ sociale huurwoningen bouwen. Op papier zijn ze energiezuinig zijn door goede isolatie, maar dure warmtepompen zorgen ervoor dat de energierekeningen nog steeds gigantisch zijn met een verbruik van gemiddeld 4800 kWh per jaar. Ook is de lucht geïoniseerd, want je ademt lucht in die door een buis is aangezogen en vervolgens door een filter gaat. Die ionisatie zorgt ervoor dat de lucht te droog wordt. Hiervoor ervaren mensen klachten zoals droge huid, en statische lucht.

Op een schaal van 1 tot 5, wat voor waarde hecht jij aan een gezond binnenklimaat op kantoor?

Luchtkwaliteit moet altijd goed zijn, want je mensen kunnen niet goed presteren onder slechte luchtkwaliteit. Je kan wel leuk besparen op verlichting en gas, maar het heeft niets te maken met je grootste kostenpost: je personeel. Dus je beste besparing als ondernemer is je ziekteverzuim minimaliseren en zorgen dat mensen goed kunnen functioneren.

Ontwikkelaars vinden het belangrijk om goede woningen en kantoorgebouwen voor hun eindgebruikers te ontwikkelen. Ze willen tevreden huurders hebben (die blijven zitten), waardoor onderhoudskosten doorberekend kunnen worden en goede kwaliteit gewaarborgd is.

Daarentegen willen vastgoedbeleggers gewoon een rendement binnen tien jaar hebben, en hebben dus vaak geen oog voor de gebruikers.

Patrick Schneider, facilitair manager vanuit Yask bij Cargill Schiphol.

Wat ben je momenteel aan het doen om de terugkomst naar het kantoor voor te bereiden?

Momenteel zijn we bezig met de verkeersstromen in het kantoor. Ook maken we het kantoor ‘anderhalvemeter-proof’ en zorgen wij voor de juiste hygiënemaatregelen. Denk daarbij aan het plaatsen van extra handgel en uitzetten van luchtcirculatie en airco. Voor een deel komt mijn informatie rondom COVID-maatregelen vanuit Yask en voor een gedeelte uit vakbladen en artikelen. Omdat Cargill over de hele wereld actief is kunnen we ook veel van elkaar leren. Eigenlijk zijn de regels om risico’s in kaart te brengen vrij eenvoudig: alles wat je aanraakt is een risico.

Wat is daarbij jouw grootste uitdaging?

Bijna alles wordt door vingers bediend, maar dat maakt dan ook bijna alles een besmettingsrisico. De grootste risico’s zijn daarbij touchscreens en de deurklink. De grootste uitdaging hierbij is een balans zoeken tussen kosten en effectieve oplossingen.

Hoe kijk jij naar luchtkwaliteit en ziekteverspreiding?

Ik ben geen expert, maar ik probeer altijd goed geïnformeerd te zijn. Het belangrijkst is dat je weet welke mogelijkheden er zijn. Voor mij betekent dat snappen hoe het luchtbehandelingssysteem precies werkt en daarvoor moet je het gesprek aangaan met de gebouwbeheerder. Je wilt natuurlijk zoveel mogelijk vervuilde lucht verdunnen en afvoeren. We gaan niet meer lucht invoeren, maar alle recirculatiesystemen zijn volledig uitgeschakeld.

Op een schaal van 1 tot 5, wat voor waarde hecht jij aan een gezond binnenklimaat op kantoor?

Er zijn dingen binnen het facilitaire werkveld die misschien nog wel iets belangrijker zijn. Denk bijvoorbeeld aan stroomvoorzieningen. Als dat uitvalt kunnen mensen helemaal niet werken. Maar comfort mag niet worden onderschat omdat mensen productiever zijn als ze comfortabel kunnen werken.

Speelt luchtkwaliteit onder je personeel?

Op de werkvloer hoor je wel dat dit onderwerp bij mensen speelt. Als je kijkt naar fijnstof en ultrafijnstof dan gaat het vaak over wat gezonde waardes zijn en of wij die halen. Temperatuur komt vaak naar voren omdat ramen niet open kunnen en mensen zeer beperkt invloed hebben op het binnenklimaat. Daardoor is het thermisch comfort ‘s zomers in delen van het pand niet altijd geweldig. Echter, als het over benauwdheid en gebrek aan ventilatie gaat merk je dat alleen soms in de vergaderzalen.

Hoe ga je om met klachten over binnenklimaat?

Het eerste wat ik doe is zelf inventariseren omdat klimaatbeleving overwegend subjectief is. Thermisch comfort is hierdoor lastig te peilen.

Cargill ligt naast Schiphol, een gebied met veel fijnstof. Maak je jezelf daar wel eens zorgen over?

Ik maak mij er geen zorgen over, maar collega’s wel. We hebben daarom metingen laten doen naar de hoeveelheid fijnstof in kantoor en na laten kijken wat voor type filters wij hebben en hoe goed deze zijn. Door dit soort onderzoeken te laten uitvoeren stel ik mijn collega’s en mijzelf gerust.

Wat voor rol speelt data hierin?

Meten is weten, dus als er klachten komen willen we daar graag feiten bij. Voor een deel is het objectief. Er zijn normen over fijnstof dus daar kijken we naar. Ultrafijnstof is nog moeilijk te meten, maar er is wel een uitspraak gedaan over hoe onze filters daarmee omgaan.

Wat doe jij om de mensen in het gebouw zo gezond mogelijk te houden?

Als het om klimaat gaat probeer ik het beste eruit te halen wat erin zit. Filters zijn slechts één voorbeeld daarvan. Temperatuur wordt hier geregeld per verticaal bouwdeel, daardoor heeft wat wij aan laten passen ook invloed op mijn medehuurders. Maar we proberen zo goed mogelijk op problemen in te spelen en die ook zoveel mogelijk te melden bij de verhuurder.

Hoe denk jij dat de werkplek in de toekomst gaat veranderen?

Ik denk dat we meer gaan thuiswerken. De bezetting in ons pand zal dus lager worden. Ons pand wordt daarmee dan meer een ontmoetingsplek. Groepen die in projecten samenwerken komen hier dan samen. Operationele groepen zullen juist weer meer de rust opzoeken. Je krijg dus ruimtes die passen bij het werk en de wensen van de afdelingen. We gaan dus naar een werkplek die zich meer op een functie richt waarbij je als medewerker de plek opzoekt die je op dat moment nodig hebt.

Het kantoor krijgt straks een andere betekenis, waarbij gezondheid een centraal onderdeel gaat worden. Om hierop in te spelen is een gezond binnenklimaat van belang, waarin onder andere fijnstof een grote rol speelt.

Een Clairify sensor op een bureau geplaatst om het klimaat , de luchtkwaliteit en het comfort te meten.

Hoe staat het met de luchtkwaliteit op jouw werkplek of in jouw gebouw en wat voor gezondheidsrisico’s lopen jouw werknemers? Doe de Clairify Quickscan en krijg bruikbaar inzicht in de luchtkwaliteit in jouw pand.

Volg ons op [LinkedIn / Instagram / Facebook ] om op de hoogte te blijven en artikelen in de reeks te lezen.

Bronnen

  1. Ellis-Petersen H, Ratcliffe R, Daniels JP, Cowie S, Kuo L. “It”s positively alpine!’: Disbelief in big cities as air pollution falls [Internet]. the Guardian. 2020. Beschikbaar op: http://www.theguardian.com/environment/2020/apr/11/positively-alpine-disbelief-air-pollution-falls-lockdown-coronavirus
  2. de Oliveira Fernandes Pawel Wargocki & Otto Hänninen AAPCSKE. Reducing burden of disease from residential indoor air exposures in Europe (HEALTHVENT project). Environmental Health [Internet]. 2016;15. Beschikbaar op: http://dx.doi.org/10.1186/s12940-016-0101-8
  3. Guaita R, Pichiule M, Maté T, Linares C, Díaz J. Short-term impact of particulate matter (PM2.5) on respiratory mortality in Madrid [Internet]. Vol. 21, International Journal of Environmental Health Research. 2011. p. 260–74. Beschikbaar op: http://dx.doi.org/10.1080/09603123.2010.544033
  4. Landrigan PJ, Fuller R, Acosta NJR, Adeyi O, Arnold R, Basu N (nil), et al. The Lancet Commission on pollution and health. Lancet. 2018 Feb;391(10119):462–512. Beschikbaar op: https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/29056410/
  5. Wu X, Nethery RC, Sabath BM, Braun D, Dominici F. Exposure to air pollution and COVID-19 mortality in the United States: A nationwide cross-sectional study. medRxiv. 2020 Apr 27;2020.04.05.20054502. Beschikbaar op: https://www.medrxiv.org/content/medrxiv/early/2020/04/27/2020.04.05.20054502.full.pdf
  6. Andree BPJ. Incidence of COVID-19 and Connections with Air Pollution Exposure: Evidence from the Netherlands. medRxiv. 2020 May 3;2020.04.27.20081562. Beschikbaar op: https://elibrary.worldbank.org/doi/abs/10.1596/1813-9450-9221
  7. A set-up for field studies of respiratory tract deposition of fine and ultrafine particles in humans. J Aerosol Sci. 2006 Sep 1;37(9):1152–63. Beschikbaar op: https://www.sciencedirect.com/science/article/pii/S0021850205002247?
  8. Kim K-H, Kabir E, Kabir S. A review on the human health impact of airborne particulate matter [Internet]. Vol. 74, Environment International. 2015. p. 136–43. Beschikbaar op: http://dx.doi.org/10.1016/j.envint.2014.10.005
  9. Madureira J, Paciência I, de Oliveira Fernandes E. Levels and Indoor–Outdoor Relationships of Size-Specific Particulate Matter in Naturally Ventilated Portuguese Schools [Internet]. Vol. 75, Journal of Toxicology and Environmental Health, Part A. 2012. p. 1423–36. Beschikbaar op: http://dx.doi.org/10.1080/15287394.2012.721177
  10. Wallace LA. The Total Exposure Assessment Methodology (TEAM) Study: Summary and analysis. 1987. Beschikbaar op: https://books.google.nl/books/about/The_Total_Exposure_Assessment_Methodolog.html?hl=&id=Gs7czAEACAAJ&redir_esc=y
  11. Brian P Hanley BB. Aerosol influenza transmission risk contours: A study of humid tropics versus winter temperate zone. Virol J. 2010;7:98. Beschikbaar op: https://virologyj.biomedcentral.com/articles/10.1186/1743-422X-7-98

Similar posts

Get more information about indoor air quality

Be the first to know about new indoor air quality insights, improve your office environment and boost your knowledge of today's industry.